In deze les wordt de zakelijke kant van de administratie behandeld.
Wederom verzorgde archivaris Jacques van Rensch een zeer interessante les.
Stichting:
Een stichting
-is een rechtspersoon. Andere rechtspersonen zijn vereniging en vennootschap (NV en BV);
-heeft een doelstelling, die vermeld is in de statuten, en bestuurders;
-heeft een vermogen (geld of onroerend goed).
Stichtingen van de parochie omstreeks 1800, hun bestuur en de doelstelling:
-de(kerk)fabriek of fabrice: is een rechtspersoon met bestuurders (kerkmeesters) die een vermogen beheert;
-de pastorie: de pastoor hebeert een vermogen ten behoeve van het onderhoud van de pastoor;
-kapelanie: de kapelaan beheert een vermogen ten behoeve van het onderhoud van de kapelaan;
-kosterie;-benefities;-altaren;-officie.
Kijk in de kerkvisitaties.
Anniversarium:
Anniversarium of jaargetijden zijn jaardiensten voor een overledene. Ze waren vaak eeuwigdurend en in de kalender vastgelegd.
Missen werden gelezen uit opbrengsten van belegd geld of verpachte grond.
Decreet 1809:
In 1809 wordt door Napoleon Bonaparte een keizerlijk decreet uitgevaardigd dat de kerkfabrieken verplicht de kerkgebouwen te onderhouden. De Kerfabrieken behoorden tot de staat. Stichtingen met zielzorg mochten onder de parochie blijven.
Tot ver in de 19e eeuw zijn waren er processen over ontdekte goederen die terug moesten naar de kerk. Bewijslast lag bij de kerk. In 1917 kwam er een definitieve lijst met bezittingen.
De diverse stichtingen werden beheerd door de kerkmeesters en de pastoor. Dit is terug te zien in de boekhouding van de parochie.
Overheidsbemoeienis tot ongeveer 1875::
Het aanvaarden van stichtingen van jaargetijden was onderworpen aan toestemming/machtiging van de Staat en van kerkelijke zijde.
Tot 1871 was er een apart Ministerie van Eredienst. Het Ministerie van Eredienst is een voormalig Nederlands ministerie tussen 1806 en 1871 dat gericht was op religieuze zaken. Tussen 1815 en 1871 was het ministerie gesplitst in een Ministerie van Zaken van de Hervormde en andere Erediensten, behalve die der Rooms-Katholieke en een Ministerie van Zaken der Rooms-Katholieke Eredienst.
Het Provinciaal jaarverslag bevatte jaargetijden die goedgekeurd zijn.
Na 1875 trekt de overheid zich terug.
20e eeuw:
In de 20e eeuw komen er nog meer vormen van vermogensgroei en -beheer. Via testament en schenking kreeg de parochie ook inkomsten. Er was een toename van eenvoudige stichtingen voor missen.
Het archiveren van jaargetijden:
Stukken per stichting horen bij elkaar.
Niet doorgegane jaargetijden worden ook bewaard, omdat die bijna nooit aangetroffen worden.
In de inventaris worden bij de zakelijke kant de jaargertijden apart genoemd.
Ze blijven in de stokregisters. Losse stukken die worden aangetroffen worden uiteraard afzonderlijk gearchiveerd en beschreven.
Administratie van de stichtingen:
Stichtingen verplichten de kerk ergens toe.
De administratie werd bijgehoudenn in stokregisters (legger waar vaste goederen en inkomsten in staan).
Het ordenen van stichtingen (losse stukken) is chronologisch. Ze worden in blokken van 10 jaar, met per stichting een strookje beschreven.
Voor de vroegere periode zijn stokregisters een belangrijk hulpmiddelom door elkaar geraakte stichtingspapieren weer op volgorde te brengen. In de boekhouding van de penningmeester zie je de stichtingen terug.
Agenda's en kalenders
In de agenda's/kalenders van de parochie komen stichtingen voor missen ook terug. Indien de registratie van de te lezen missen op een andere manier ook wordt overgeleverd (parochieblad), kunnen de agenda's en kalenders na 7 jaar worden vernietigd.
Reductie:
Het teloorgaan van bezit en inflatie wordt opgevangen door reductie. bijvoorbeeld reductie van hoogmis naar gewone mis.
Reductiepapieren hebben betrekking op langlopende financiƫle verplichtingen.
Fusie van parochies:
Indien parochies fuseren blijft de rechtspersoon bestaan. Omdat legaten (tastament) specifiek aan een parochie zijn gegeven, kunnen ze niet naar de nieuwe parochie. In de boekhouding moet dit terug te zien zijn. De bezittingen worden bij fusie behandeld als bij faillissement.
Boekjes:
Tijdens de les circuleerden de volgende boekjes.
-Van Aartsbisschop tot Zonnelied van Mathieu Spiertz 1998 (woordenlijst over de katholieke kerk).
-Handboekje der Rooms Katholieke Eredienst van het Ministerie van de Eredienst 1859.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten