zondag 26 december 2010

Evalueer wat je in de afgelopen tijd hebt geleerd #23

4 juni was de kick off van de 23 archiefdingen cursus.
Het begon met het ontwerp van dit blog.
Mijn start was traag vanwege een overvolle agenda en mijn vakantie in juli.
Daarna ging het in volle vaart vooruit.

Bloggen vind ik zeer nuttig. Je deelt informatie met een kleinere groep mensen die je meestal wel kent. Bovendien kun je op elkaar reageren. Toch iets gemakkelijker dan internet.

RSS feeds had ik al ontdekt en daar maak ik sinds 2008 al goed gebruik van om op de hoogte te blijven van zaken die ik wil of moet weten.

Voor Flickr en You Tube zie ik nog niet zoveel toepassingen voor het archief. Wel als plaats waar je interessante informatie kunt verzamelen of vinden en actuele zaken kunt plaatsen, maar dat gaat meestal via een ander medium.
Kaartmateriaal, mashups en geo-refereren maken informatie voor onderzoekers veel duidelijker en toegankelijker. Daar kunnen we onderzoekers op een eenvoudige manier mee helpen.

De online kantoortoepassingen zijn heel handig voor mensen die samenwerken vanuit verschillende organisaties of locaties. In mijn vrijwilligerswerk zie ik daar veel gebruiksmogelijkheden voor.

Tagging en social bookmarking zijn weer uitstekende voorbeelden van dat we niet alles alleen hoeven te doen en dat er heel veel mensen zijn die je eenvoudig als hulp kunt inschakelen.

Wikis en 23 archiefdingen archief 2.0. archiefforum, breed en al die andere nuttige sites waar kennis wordt gedeeld, onderzoek wordt gedaan, meningen en visies worden gevormd ondersteunen ons geweldig goed. Ik moet alleen waken voor de overvloed aan informatie. Ik kan niet alles bijhouden. Soms kies ik voor RSSfeeds en soms zoek ik gericht naar informatie.

Twitter is nuttig voor journalisten en nieuws wat snel de wereld over moet. Voor de rest vind ik het nutteloos en onnodig afleidend. Ik denk dat Twitter veel nuttiger kan zijn als het professioneler wordt gebruikt.

Instand messaging, merk ik, is vooral leuk voor privégebruik. Zakelijk merkte ik dat er niemand met mij wil praten en als ik wil praten is er niemand online. Heb ik geen vrienden??
Sociale netwerken past volgens mij ook het beste bij privégebruik. Als je als instelling een website hebt, blogs bijhoudt heb je het al aardig druk. De social sites gaan toch voornamelijk over personen en wat deze kwijt willen aan de wereld. Deze sites zijn wel interessant voor instellingen die zoeken naar personen met bepaalde eigenschappen of kwaliteiten.

Library Thing was een ontzettend functionele ontdekking. Knoop je catalogussen aan elkaar en je hebt dan een enorm gebruiksgemak. Daar ga ik in onze organisatie zeker mee aan de slag.

De Genealogiesites zijn geweldig voor genealogen, alhoewel ik sommigen al hoor klagen dat er zelf niets meer te ontdekken is. Maar als je bedenkt dat je overal ter wereld je roots toch terug kunt vinden, dat is toch geweldig. Ik merk dat juist mensen die ver van hun familie wonen dar veel waarde aan hechten.

Footnote is een indrukwekkende verzameling van informatie. Nu vind je er voornamelijk Amerikaanse informatie, maar als de Nederlandse inbreng groter wordt is het een schat aan informatie waar wij, de archiefinstellingen, het onderwijs en de historische onderzoekers ons voordeel zeker mee kunnen doen. Dit is weer een excellent voorbeeld van samenwerking levert heel veel op.

Mobiele toepassingen zijn zeer handig, als je weet hoe je ze aan het werk krijgt.
Het gebruiksgemak op zich is duidelijk. Een route ergens naar toe kun je in een handomdraai vinden. Informatie over een restaurant de koopprijs van een pand, een dichtbij zijnde voorziening het is allemaal te vinden op je smartphone. Ik denk dat consumenten en toeristen heel veel nut van deze toepassing kunnen hebben. De toegevoegde realiteit geeft waardevolle informatie zodat consumenten en toeristen betere keuzes kunnen maken. Er blijven wel minder verrassingen over, of zijn die er juist meer?

Kortom deze cursus leerde mij, wat ik voor een deel al wist.:
Cmputeren is niet alleen voor nurds, maar is er vooral voor mensen die willen samenwerken en iets voor elkaar over hebben.

Ik wil hier de organisatoren en alle deelnemers bedanken voor het meedoen aan de cursus.
Ik heb niet alleen van de informatie op de website geleerd, maar ook veel van de artikelen die de deelnemers hebben geblogd.
Een bijzonder woord van dank is er voor Thijs Hannen. Thijs nam de moeite om zijn artikelen op een amusante manier en voorzien van illustraties te schrijven.
Daarmee hield hij de cursus voor mij zeer prikkelend.

Binnen de organisatie waar ik werk zal ik zeer zeker gaan prikkelen om de 23 archiefdingen te verkennen en te gebruiken. De link over beleid en gebruik van sociale media van Eric Hennekam http://www.nla.gov.au/policy/social-media.html heb ik al doorgestuurd naar het management van Peel en Maas.

Tot slot de kreet van Peel en Maas:
Beleef het internet!!

vrijdag 24 december 2010

Mobiele toepassingen, de toekomst? #22

Smartphones ik worstel er mee, maar win steeds meer terrein.

Telefonische bereikbaarheid!
Ik kreeg een HTC smartphone omdat ik anders onbereikbaar ben tijdens mijn werktijd.
Het cluster DIV / archief zit verspreid over het hele gemeentehuis en de meeste collega's van andere afdelingen werken op flexplekken. (DIV / archief kan daar voorlopig nog niet aan mee doen. Post komt voor het grootste deel nog op papier binnen en archiefstukken van vóór 2010 zijn meestal nog alleen op papieren drager.)

Tijdens mijn aanwezigheid in het gemeentehuis ben ik overal werkzaam. In de archiefbewaarplaats, de inzageruimte, de DIV werkkamer annex postkamer of op mijn werkplek op weer een andere verdieping. Bovendien werk ik ook regelmatig thuis vanwege de rustigere omgeving. Mobiele bereikbaarheid is voor mij noodzakelijk. Simpel iemand bellen ging in het begin lastiger dan op mijn eenvoudige privé mobiel. Telefoneren, daar had ik dat ding toch voor?

Wat kan ik nog meer met dat ding?
Gaandeweg leerde ik mijn HTC meer waarderen. Onderweg in de trein mails bekijken en afhandelen vond ik heel nuttig. Af en toe iets op internet uitzoeken ging ik ook steeds meer waarderen.

Augmented Reality!
De toegevoegde realiteit aan de smartphone vind ik fantastisch. Oponthoud en omwegen in een vreemde omgeving, omdat je nu net geen telefoongids, VVV-kantoor of andere informatiedienst bij de hand hebt, zal veel minder voorkomen. Sta je voor een interessant gebouw, maar je kent het niet, dan biedt je smartphone m.b.v. een handige app uitkomst. Dat zijn kansen voor nieuwere en minder bekende monumenten. Publiek kan zelf meehelpen en bepalen wat interessant is voor toeristen.
Hoewel, ik moet die handige app maar eerst geïnstalleerd krijgen. Ik krijg Layar evenals andere cursus collega's nog niet gedownload. Maar ik blijf zoeken tot het lukt.
Deze toegevoegde realiteitfunctie kende ik wel vanuit onze geo dienstverlening. Kaarten worden bedekt met digitale lagen over bijvoorbeeld straatmeubilair, speeltoestellen, bomen en andere zaken in het openbaar gebied. Het beheer van deze zaken wordt hier aanzienlijk eenvoudiger door. De rijksoverheid heeft DURP opgelegd aan de gemeenten. Door DURP zijn bestemmingsplannen, en dus de bestemmingen van locaties, digitaal thuis te raadplegen.

Waar ben ik?
De GPS functie probeerde ik ook uit. De route van mijn werk naar mijn huis was een makkie. Verdwalen kan dus ook te voet niet meer.

Een plaatsbepaling binnen een gebouw zou voor mijn collega's een uitkomst zijn als ze mij persoonlijk willen ontmoeten en spreken. Waarschijnlijk zal daar ook al een app voor zijn. Al met al heeft dit hoofdstuk mij geholpen bij het doornemen van de 187 bladzijden van de handleiding van mijn HTC.

Een app voor het archief.
Het gemeentearchief kan zich met de toegevoegde realiteit zelf met beschrijving en foto op de kaart zetten. We kunnen ook interessante historische zaken die met locaties te maken hebben koppelen aan die locaties. Zo kun je de omgeving veel interessanter maken voor toeristen, maar zeker ook voor de eigen inwoners en het onderwijs.

Er is nog veel werk aan de winkel, maar kennis hebben van deze toepassing biedt inde toekomst misschien wel kansen.

woensdag 22 december 2010

Archief 2.0 en de toekomst van archieven #21

De 2.0 toepassingen op internet maken dat medewerkers van archiefdiensten beter bij de les blijven. Het met elkaar in discussie gaan of zelfs alleen het volgen van die discussies over het vakgebied maakt dat archiefdiensten zichzelf blijven verbeteren.
Daar zijn bijna geen dure cursussen en seminars meer voor nodig. Hoewel de persoonlijke ontmoetingen als start of afronding van verbeter trajecten toch zeer de moeite waard blijven. Bovendien zijn die ontmoetingen veel spontaner, omdat veel deelnemers elkaar toch al van het web kennen. Ik vind het een geweldige ontwikkeling.

Het stoffig imago van de archiefdiensten verdwijnt en maakt plaats voor een levendige beroepsgroep die zich steeds weer voorbereidt op de toekomst. Medewerkers van archieven kunnen daardoor meer en beter inspelen op behoeften van klanten.

Die klantenkring wordt steeds groter. Bezoekersaantallen in de studiezaal neemt wel af, maar bezoek via de website, mail en andere kanalen neemt gestaag toe. Ook de vragen om informatie worden gevarieerder. Klanten kunnen en willen steeds meer op maat bediend worden. Toch wordt die bediening steeds meer zelfbediening. De informatie ligt op de plank en de bezoeker kan het zelf pakken en "inladen".
Vroeger kreeg een archief bezoeker vaak alleen zijn informatie met behulp van de archivaris of archiefmedewerker. Tegenwoordig is de informatie steeds meer zelfstandig te vinden. De archiefdiensten richten hun (digitale) toegangen zo in dat bezoekers zelf kunnen zoeken, vinden en meenemen.

Neemt niet weg dat er voor archiefdiensten nog veel werk aan de winkel is. Veel zaken die nu nog alleen fysiek toegankelijk zijn moeten we nog digitaliseren en toegankelijk maken op het web.
Door in gesprek te blijven met publiek worden diezelfde mensen vaak ook spontaan vrijwilliger bij ontsluiting en digitalisering projecten.
Neemt niet weg dat er nog veel professionele inspanningen en budget nodig zal zijn om aan de verwachtingen van publiek te kunnen voldoen.

Ik heb heel veel waardering voor al die mensen uit onze beroepsgroep die op internet (archief2.0, en breed) de discussie over allerlei beroepszaken aangaan en pionieren met nieuwe ontwikkelingen en daarmee de overige geïnteresseerden meenemen in de ontwikkelingen.

Petje af.

zaterdag 18 december 2010

Footnote, een sociaal archiefnetwerk #20

Geweldig zo'n archiefnetwerk als Footnote. De tijd vliegt voorbij als je door Footnote bladert. De informatie is gemakkelijk te vinden. De makers van Footnote hebben heel goed nagedacht over gebruiksgemak. Hoe anders is dat bij Familysearch. Familysearch heeft een rustige indeling en lijkt heel gestructureerd. Ik vind Familysearch lastiger te doorgronden dan Footnote. Bovendien zegt familysearch nog weinig over wie de personen in hun bestanden zijn. Footnote vertelt juist wat de gevonden personen tijdens hun leven gedaan hebben. Het verhaal wordt vertelt De geschiedenis van de VN is met behulp van Footnote zeer toegankelijk voor iedereen. Een geweldige aanwinst voor het onderwijs, journalisten, onderzoekers en voor gewoon geïnteresseerden.
Het zou voor Nederland een geweldige aanwinst zijn om een eigen Footnote te hebben.
Archieven en andere erfgoed instellingen zouden hun materiaal hierop kunnen publiceren. De gebruikers kunnen dan met behulp van de gevonden informatie zelf een beeld vormen van het verleden en / of meehelpen bij de geschiedschrijving door informatie toe te voegen.
Ik ben erg onder de indruk van Footnote.

zondag 5 december 2010

Genealogie 2.0 #19

De meeste bezoekers van ons archief komen voor genealogie onderzoek.
Ik vind dat persoonlijk niet het meest interessant, maar toch moet je je klanten zo goed mogelijk proberen te helpen.
Genlias gebruikte ik al om bezoekers op gang te helpen, maar voor ons gebied is dat nu nog vaak niet goed genoeg gevuld. Veel onderzoekers moeten daarom nog naar onze archiefdienst komen, of aan vraag aan ons stellen.
Stamboomforum is een heel goed hulpmiddel voor genealogie onderzoekers. Ik heb een RSS feed toegevoegd aan deze blog, om bij te kunnen houden of er iets over ons werkgebied geschreven wordt waar wij wat aan hebben of waar onze klanten mee kunnen helpen.
Digitale Bronbewerkingen en Familysearch Indexing tool zijn websites die ik nog niet kende. Het was verrassend wat ze bieden en een geweldig hulp bij het doorzoekbaar maken van bronnen en het beschikbaar stellen van diezelfde bronnen.
Op dit moment onderzoeken wij de mogelijkheden van samenwerking d.m.v. een website met erfgoed verenigingen en -instellingen, cultuur verenigingen en bibliotheken en de gemeentelijke archiefdienst. Hoofdthema, blijkt ook hier steeds weer, is genealogie en aanverwanten.